In mei 2012 is gestart met de ontwikkeling van de Stedelijke Monitor Woonservicegebieden. Het doel van de monitor is om aan de hand van een periodieke effectmeting de processen van ontwikkeling te volgen in de zestien woonservicegebieden die Rotterdam de komende jaren zal ontwikkelen. Deze effectmeting is gebaseerd op indicatoren welke zijn opgesteld in samenwerking met betrokken partijen, waaronder Stadsontwikkeling, de cluster Maatschappelijke Ontwikkeling en de deelgemeenten. De indicatoren staan hierbij voor factoren die voor senioren en mensen met een fysieke beperking van belang zijn om langer zelfstandig te kunnen blijven wonen.
In dit onderzoek wordt de wetenschappelijke en technische expertise van de TNO, in de vorm van literatuuronderzoek en technische visualisatie van data, gekoppeld aan de kwalitatieve data en expertise op micro(wijk)niveau van de Veldacademie.
Hierbij zet Veldacademie de eerste stap in de vorm van een nulmeting op basis van de bestaande feitelijke databronnen die binnen de stad beschikbaar zijn. De afgelopen maanden zijn hiertoe afspraken gemaakt met de eigenaren van betreffende informatie. Informatie-eigenaren zijn bijvoorbeeld de GGD Rotterdam-Rijnmond, Stichting Zorgimpuls en het Centrum voor Onderzoek en Statistiek van de gemeente Rotterdam. In deze afspraken is vastgelegd welke informatie beschikbaar wordt gesteld voor gebruik in de Stedelijke Monitor Woonservicegebieden.
Daarnaast bevat de monitor zowel objectieve gegevens als waardering van gebruikers. Bewoners van de woonservicegebieden kunnen in groepsgesprekken hun mening geven.