Het Wijkprofiel is een tweejaarlijkse ‘thermometer’ dat via cijfers laat zien hoe wijken in Rotterdam ervoor staan op gebied van veiligheid (geweld, vandalisme, overlast), sociaal (binding, zelfredzaamheid) en fysiek (openbare ruimte, wonen, milieu) (Dirks, 2022). Carnisse scoort slecht in het Wijkprofiel van 2020 en 2022 (Gemeente Rotterdam, z.d.). De wijk met bijna 12 duizend inwoners staat als laagst genoteerd van alle Rotterdamse wijken.
Carnisse, een wijk binnen werkgebied Nationaal Programma Rotterdam Zuid (NPRZ), gaat veranderen en dit is terug te zien in de plannen voor de publieke ruimte. Accenten op extra vergroening, veiligheid, hoogwaardige inrichting, mobiliteit en ontmoetingsplekken moeten ervoor zorgen dat de leefbaarheid en ervaringen verbeteren (Boomsluiter, persoonlijke communicatie, 14 februari 2022). Het doel hiervan is om meer verbinding, meer saamhorigheid en meer eigenaarschap in de wijk te brengen. Niet iedereen in Carnisse zou zich even goed verbonden- en thuisvoelen.
Verandering is gewenst maar tegelijkertijd kan dit ook zorgen dat gevoelens van thuis onder druk komen te staan door onzekerheid en angst (Van der Graaf & Duyvendak, 2009B). Thuisgevoel is een breed conceptueel begrip maar wordt in dit onderzoek onderverdeeld in fysieke- en sociale binding (Riger & Lavrakas, 1981; Hidalgo & Hernández, 2001; van der Graaf & Duyvendak, 2009A). Bovendien kan men het op verschillende niveaus ervaren, van publieke amicaliteit (Duyvendak & Wekker, 2015) tot publieke familiariteit (Blokland, 2008) tot waardering van anonimiteit in de stad (Cox in Geest, 2003; Bijlsma, Galle & Tennekes, 2010). Daarnaast heeft de toegenomen verscheidenheid en het verloop in steden ook invloed op verminderde gevoelens van thuis (Engbersen, Bovens, Bokhorst & Jennissen, 2020). Men (her)kent elkaar minder en dit resulteert in de vraag hoe lokale overheden de samenhang en verbondenheid kunnen bevorderen in wijken met grote verscheidenheid. In het WRR-rapport wordt gesteld dat het ontbreekt aan onderzoek en evaluaties (Engbersen, Bovens, Bokhorst & Jennissen, 2020). Bovendien benadrukken de auteurs dat gemeenten niet te veel moeten verwachten van het verenigingsleven als bron van sociale samenhang tussen groepen omdat het voornamelijk banden binnen groepen versterkt. Er wordt geadviseerd een goede fysieke en sociale infrastructuur op buurtniveau te ontwikkelen die publieke familiariteit bevordert. Voorwaarden hiervoor zijn sociale veiligheid, een veilige en schone openbare ruimte, sociale interactie en voorzieningen. De straat, als onderdeel van de publieke omgeving, zou de oplossing kunnen zijn door die zo in te richten dat bewoners elkaar kunnen ontmoeten. Hierdoor ontstaat de gewenste verbondenheid door vergrote fysieke- en sociale binding en daarmee thuisgevoelens.
De belangrijkste vraag in dit onderzoek is: Hoe heeft de inrichting van de straat invloed op het thuisgevoel van bewoners?Daranaast zijn er twee deelvargen die beatwoord worden.
Deelvraag 1: Hoe hebben de fysieke elementen van de straat invloed op het thuisgevoel?
Deelvraag 2: Hoe heeft sociale binding, middels publieke amicaliteit, familiariteit en anonimiteit, door de straat invloed op het thuisgevoel?
Maatschappelijke relevantie
Er zijn en worden meerdere herinrichtingsplannen ontwikkeld voor de buitenruimte in Carnisse. Door onder andere aan te sluiten bij lopende projecten, zoals de geplande vervanging van het riool, worden verschillende straten de komende jaren vernieuwd (Boomsluiter, persoonlijke communicatie, 14 februari 2022). Ook bestaat er de wens vanuit de gemeente om automobiliteit (rijbaan en parkeerplekken) te verminderen en fietsers en voetgangers meer ruimte te geven (Gemeente Rotterdam, 2020). Straten worden heringericht en mogelijk worden stoepen verbreed om auto’s uit de woonwijk te weren en voetgangers meer ruimte te geven. In dit onderzoek wordt onderzocht of de inrichting van de straat een bijdrage levert aan een verbeterd thuisgevoel of dat dat mogelijk niet zo wordt ervaren. Indien de straatinrichting verband houdt met thuisgevoelens kunnen de uitkomsten een toevoeging zijn voor een verbeterd straatinrichtingsplan. Tot slot is het van maatschappelijk belang dat er meer inzicht komt in de geringe thuisgevoelens van bewoners in Carnisse. Door inzichtelijk te krijgen hoe deze gevoelens tot stand komen en welke factoren van de buitenruimte hier een rol bij spelen kan er een verbeterslag worden gemaakt in de sociale uitdagingen van Carnisse.
Gebruikte methodieken
De data wordt verzameld door middel van semigestructureerde diepte- interviews. Voorafgaand aan het uitvoeren van deze interviews zijn voorbereidende analyses gedaan. Zo zijn de straten visueel in kaart gebracht om fysieke kenmerken in beeld te brengen (zie bijlage 7.1). Ook zijn er observaties uitgevoerd om een beeld te krijgen van de sociale interacties en gebruiken die de straat faciliteert. Op basis van deze twee informatiebronnen en het wetenschappelijk kader zijn vragen voor de interviewguide opgesteld.
Resultaten
- De straatinrichting draagt bij aan het gebruik van de straat en het (her)kennen van anderen waardoor thuisgevoel groeit
- Sociale binding is vooral belangrijk voor ontstaan thuisgevoel
- Naast publieke familiariteit kan eenzijdige vertrouwdheid van een afstand worden opgedaan door het kijken naar- en herkennen van anderen
- Men waardeert de keuze om wel of niet contact aan te gaan op straat
- Groen, uitzicht, brede stoepen en ontmoetingsplekken houden positief verband met thuisgevoelens
- Verblijven op straat, toe-eigenen, gebruik en beheer vergroten het thuisgevoel
- Tijdens het inrichten van de publieke ruimte vormen sociologische inzichten een belangrijke bijdrage
De straatinrichting kan ervoor zorgen dat er meer gebruik van de straat wordt gemaakt en levendigheid ontstaat waardoor men andere bewoners gaat (her)kennen en hier zou beleid op in kunnen spelen. Niet alleen de verwachte ontmoetingsplekken zoals speeltuinen of parken kunnen thuisgevoelens bevorderen (Krupat, 1983; Dautzenberg, 2009), ook de straat zelf levert een bijdrage door gebruik en verblijf te stimuleren.