Het concept ‘thuis voelen’ staat de laatste jaren in de belangstelling, zowel in de media als in de politiek en beleidsvoering. Beleidsmatig is er de hoop dat het vergroten van een thuisgevoel bijdraagt aan de leefbaarheid van wijken waar problematiek speelt. Vanuit beleidsperspectief is de redernering dat een gevoel van erbij horen zal leiden tot betrokkenheid van buurtbewoners.
Het creëren van een thuisgevoel in een buurt lijkt de afgelopen jaren voornamelijk als verantwoordelijkheid van bewoners te worden beschouwd: in de wijkgerelateerde aanpak speelt de participatie van individuen een toenemende rol. Dit komt onder andere door de gevolgen van decentralisatie en privatisering van de overheid. Er wordt vaker een beroep gedaan op de zelfredzaamheid van inwoners waarbij zij als verantwoordelijke worden aangewezen voor bijvoorbeeld stedelijke vernieuwing. Hoewel sommige auteurs stellen dat burgers lokaal het verschil willen maken door hun directe leven groener, socialer en mooier te maken, gaat dit en het decentralisatiebeleid uit van een aanwezigheid van een zekere mate van empowerment bij burgers. Empowerment behelst een proactieve houding ten aanzien van sociale veranderingen en de mate van inzet en het verantwoordelijkheidsgevoel van bewoners. Het beschikken over empowerment zorgt ervoor dat bewoners hun kracht kunnen gebruiken om samen met anderen invulling te geven aan wat zij als belangrijk definiëren in hun eigen leven en in hun samenleving. Echter, er kan niet altijd vanuit worden gegaan dat buurtbewoners, individueel en gezamenlijk, over voldoende empowerment beschikken om veranderingen in de buurt aan te brengen.
Inzet op decentralisatiebeleid maakt het mogelijk dat op verschillende plaatsen de publieke ruimte wordt toegeëigend door burgers zelf, in plaats van invulling ervan door de overheid of andere instanties. Toe-eigenen is het proces waarbij groepen of individuen een eigen betekenis aan plekken geven. Inwoners zijn zelf aan zet om in hun buurt het toe-eigeningsproces in gang te zetten. Een maatschappelijk initiatief kan dit, in kwetsbare buurten, ondersteunen door het bevorderen en stimuleren van eigen kracht en zelf organiserend vermogen in de buurt. Maatschappelijke initiatieven kunnen bewoners helpen om gemeente en burgers te verbinden: de activiteiten die ze organiseren dragen bij aan publieke taken. Om empowerment en het thuisgevoel van de buurtbewoners niet afhankelijk te maken van een overheid gedreven initiatief, kan het van belang zijn de duurzaamheid van de opbrengsten te waarborgen.
Er is gekeken naar de manier waarop toe-eigenen van de leefomgeving bijdraagt aan thuisgevoel en empowerment van betrokken bewoners. Dit onderzoek kijkt hierbij naar de Rotterdamse wijk Carnisse, waarbinnen Buurtklimaatje casus geldt. De Rotterdamse burgermeester Aboutaleb maakte Carnisse in 2020 prioriteit vanwege de problematiek die in de wijk speelt op het gebied van overlast en participeren in de samenleving. Volgens een wijkagent in Carnisse voelen weinig mensen zich er verantwoordelijk voor hun wijk. De organisatie Buurtklimaatje probeert buurtparticipatie in Carnisse te stimuleren door middel van groendagen. Ook wordt er geïnvesteerd in het verbeteren van het buurtklimaat. Het verbeteren van het buurtklimaat wordt in de breedste zin van het woord bedoeld: zowel op sociaal vlak, als op groen vlak. Door het stimuleren van toe-eigening van de leefomgeving, in de vorm van bollenplantacties en het aanleggen van geveltuintjes, tracht Buurtklimaatje een netwerk van bewoners op te bouwen. Als casus van dit onderzoek is onderzocht hoe betrokken bewoners uit Carnisse (deelnemers aan activiteiten van Buurtklimaatje) het toe-eigenen van de leefomgeving ervaren en of en hoe dit bijdraagt aan hun thuisgevoel en empowerment.
Maatschappelijke relevantie
Dit onderzoek is relevant op twee maatschappelijke niveaus: bij (betrokken) buurtbewoners, en bij buurtinitiatieven. Het brengt de ervaringen en perspectieven van betrokken buurtbewoners in kaart. Door de ervaringen van bewoners tijdens het initiatief Buurtklimaatje te onderzoeken, kan dit onderzoek bijdragen aan het beter afstemmen van buurtinitiatieven en/of gemeentelijke interventies op de behoefte, ervaringen en perspectieven van bewoners. Buurtinitiatieven kunnen hun doel en de middelen dan beter afstemmen op de ervaringen van bewoners om gevoelens van thuis en empowerment tot stand te brengen of te vergroten. Mogelijk leidt dat tot meer leefbare wijken zowel voor bewoners in als buiten Carnisse. Ook laat dit onderzoek zien hoe eigenaarschap wordt georganiseerd in een buurt die geprioriteerd is door de gemeente. Gezien de actualiteit van het onderwerp in onder andere Carnisse en de maatschappelijke relevantie, kan dit onderzoek inzicht en kennis bieden in beleidsvorming en het opzetten van maatschappelijke initiatieven.
Participatieve observatie en interviews
Om bekend te worden onder mogelijke respondenten en vertrouwd te worden met de wijk, zijn er participerende observaties uitgevoerd tijdens drie groendagen van Buurtklimaatje. Op deze dagen bestond het onderzoek uit een combinatie van observaties van en interactie met buurtbewoners.
Interviews zijn afgenomen bij drie verschillende actoren betrokken bij Buurtklimaatje: tien betrokken bewoners, één van de initiatiefnemers en drie ambtenaren van de gemeente Rotterdam. Er is gekozen voor deze drie actoren om enerzijds inzicht te geven in de ervaringen van deelnemers en anderzijds context te duiden – waarom is Buurtklimaatje aanwezig in Carnisse.
Belangrijkste resultaten
Het proces van toe-eigenen van de leefomgeving zorgt ervoor dat buurtbewoners elkaar ontmoeten. Ontmoeting zorgt voor een toename van publieke familiariteit, het onderlinge vertrouwen en de veiligheidsgevoelens van betrokken bewoners. Hierdoor versterkt het toe-eigenen van de leefomgeving, door middel van deelname aan activiteiten van Buurtklimaatje, de voorwaarden voor het ervaren thuisgevoel, waardoor het thuisgevoel van de betrokken bewoners toeneemt. Publieke familiariteit maakt het ook mogelijk krachten te bundelen en samen te gaan voor een gemeenschappelijk doel (empowerment op groepsniveau). Betrokken bewoners geven door deelname aan activiteiten richting aan wat ze zelf als belangrijk definiëren (empowerment op individueel niveau). Het proces van toe-eigening van de leefomgeving draagt dus positief bij aan thuisgevoel en empowerment van betrokken bewoners. Een uitdaging ligt in de duurzaamheid van het initiatief: wanneer initiatiefnemers (vroegtijdig) wegvallen, kunnen het verkregen thuisgevoel en empowerment afzwakken. Er moet voor gewaakt worden dat de ontwikkeling van thuisgevoel en empowerment niet (grotendeels) leunt op de aanwezigheid van de initiatiefnemers. Om dit te voorkomen is het nodig een sterk netwerk op te bouwen dat zich breed verspreid over de buurt. Het zaadje is gepland. Nu moet het nog voldoende gevoed worden om zijn wortels uit te spreiden en houvast in de aarde te vinden.
Kansen voor vervolgonderzoek
Door onderzoek te doen naar bewoners die deelnemen aan het toe-eigeningsproces, wordt het beeld geschetst dat deze vorm van toe-eigenen door de buurtbewoners gewenst is. Echter, er zijn ook bewoners die niet deelnemen aan het proces en wiens perspectief niet onderzocht is. Doordat niet alle bewoners meedoen, zal er door het toe-eigenen van het fysieke van de één, mogelijk ook verlies van herkenning zijn voor de ander.
Daarnaast geven de bevindingen uit dit onderzoek aan dat buurtbewoners over een grotere mate van empowerment beschikken. Echter, er is niet onderzocht of empowerment in gelijke mate toeneemt onder deelnemende bewoners. Het is mogelijk dat sommige bewoners zich in grote mate empowered voelen dan anderen. Zo is het bijvoorbeeld mogelijk dat bewoners die al actiever in de buurt waren nog meer empowerment ervaren, maar dat dit bij bewoners die over minder individuele capaciteiten beschikken achterblijft. Vervolgonderzoek kan de nadruk leggen op de mate van verschil in empowerment onder deelnemers en hoe dit ondervangen kan worden. Ten aanzien van empowerment kan ook gekeken worden in hoeverre empowerment verkregen uit een initiatief, de mogelijkheden van buurtbewoners vergroot om zelf nieuwe initiatieven te realiseren. Bovendien kan vervolgonderzoek aandacht besteden aan mogelijke manieren om een buurtinitiatief op een goede manier duurzaam te maken zodat het op zichzelf kan staan zonder steun vanuit beleid of gemeentesubsidie. Dit kan helpen om dichter in de buurt te komen van het behouden van meer thuisgevoel en empowerment, ook wanneer intermediaire organisatie wegvalt.